Modelkader

Gebruik van het modelkader

Verschillende doelstellingen, verschillende richtlijnen

Vlaams Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO)

Het huidige modelkader kan ingezet worden om verschillende types vraagstellingen te beantwoorden. Het is belangrijk om verschillende manieren om het modelkader te gebruiken duidelijk van elkaar te onderscheiden, zodat voor deze inherent verschillende toepassingen ook het meest geëigende niveau van detail en nauwkeurigheid gebruikt/gerespecteerd wordt. Hieronder schetsen we (niet-exhaustief) een aantal mogelijke types van gebruik van het kader en beschrijven kort op welke manier het modelkader in die gevallen toegepast kan worden.

De impact van grondwaterstanden op opbrengst is een complexe interactie van klimaat, bodem, grondwaterdynamiek en gewas. Het is dan ook interessant om op schaal van Vlaanderen te kijken of er bepaalde trends of ruimtelijke patronen terug te vinden zijn. Zo’n regionale analyse voor heel Vlaanderen geeft dan in grote lijnen de geschiktheid weer van bepaalde regios/gebieden voor bepaalde teelten, stelt ons in staat types stress te identificeren en kwantificeren en grote trends naar voor te brengen in de ruimte en/of in de tijd.

Hiervoor zijn de basis-datalagen zoals weergegeven in Modelkader om het effect van de grondwaterstand op de landbouwpraktijk te evalueren geschikt. Deze datalagen, die Vlaanderen-dekkend zijn, kunnen natuurlijk altijd verbeterd worden, maar het niveau van detail is voldoende voor een regionale analyse.

Opgepast!: vermits voor gewassen de timing van droogte in het groeiseizoen bepalend kan zijn, pasten we op locaties waar grondwaterdynamiek gecorreleerd is met regenval een sinusfunctie toe, gebaseerd of de gemiddelde hoogste (GHG) en gemiddelde laagste (GLG) grondwaterstand. Waar dit niet het geval is, werken we wel met een gemiddelde grondwaterstand die constant blijft doorheen het jaar.

Verkennende analyse van contrasterende grondwaterstanden op een bepaalde locatie

De laatste jaren zijn er in Vlaanderen ook steeds meer kleinschalige acties die een impact kunnen hebben op de grondwatertafel: peilgestuurde drainage, stuwen, vernatten van een stuk beekvallei, … Ook daar wil men graag kunnen inschatten hoe die ingrepen één of meerdere landbouwpercelen zullen beïnvloeden. Men zoekt dan naar een ruwe, verkennende simulatie van oogsten op een bepaalde locatie waar nog geen extra informatie beschikbaar is (i.e. lokale grondwatermetingen/modellen, lokale weersdata, nauwkeurige bodemdata)

Ook hiervoor zijn de de basis-datalagen beschreven in het hoofdstuk Modelkader om het effect van de grondwaterstand op de landbouwpraktijk te evalueren geschikt. Gebruikers moeten zich ervan bewust zijn dat dit een ruwe benadering is van de realiteit, maar kan wel dienen om contrasterende situaties al eens met elkaar te vergelijken. Indien het mogelijk is een peilbuis te installeren om de huidige grondwaterstand en de dynamiek ervan te controleren of indien er al peilbuismetingen beschikbaar zijn op https://www.dov.vlaanderen.be/, is het raadzaam deze te gebruiken of minstens na te kijken of gemeten de grondwaterstanden gemiddeld overeenkomen met de basis kaartlaag ivm grondwater.

Gedetailleerde gebiedsanalyse bij grootschalige vernattingsprojecten

Tenslotte zijn er in sommige gebieden grootschalige vernattingsprojecten gepland die voor een groter gebied substantiële veranderingen in grondwaterstanden zullen teweegbrengen. Bij dit soort projecten worden er meestal ook ecohydrologische studies uitgevoerd. Ook hier is het belangrijk de impact van de vernatting op landbouwactiviteiten in te schatten om te evalueren of de plannen haalbaar zijn en wat flankerend beleid kan zijn voor de getroffen landbouwers indien er inderdaad negatieve impact verwacht wordt.

Voor dit soort maatwerk kan het model gebruikt worden om voor alle percelen in het getroffen gebied een de impact van huidige en toekomstige grondwaterstanden door te rekenen. In dit geval moeten de input data voor het model gedetailleerder zijn dan de algemene Vlaamse datalagen, zeker wat betreft grondwaterstanden. Dit kan komen van lokale grondwatermetingen of van heuse grondwatermodellen voor dat gebied die gekalibreerd zijn met lokale data. Zo’n modellen zijn dan vaak beschikbaar, net doordat ook een ecohydrologische studie opgezet wordt.